Nieuw rapport signaleert gebrek aan investeringen in cybersecurity

28 juni 2019

Organisaties over de hele wereld lopen vast in hun voortgang op het gebied van cybersecurity en riskeren verlamming nu cybercriminelen steeds geavanceerder te werk gaan. De Benelux loopt achter op het gebied van cybersecurity, India presteert het best. Dit blijkt uit het rapport 2019 Risk:Value – ‘Destination standstill. Are you asleep at the wheel?’ van NTT Security.

Bedrijfsrisico’s

NTT Security deed onderzoek naar de houding van 2.256 non-IT-beslissers waarvan 101 in de Benelux – ten opzichte van risico’s en de waarde van veiligheid voor het bedrijf. Het vijfde Risk: Value-rapport bundelt de antwoorden van C-level executives en andere senior beslissers in verschillende sectoren in twintig landen in Noord- en Zuid-Amerika, de Aziatisch Pacifische regio en Europa.

Cybersecurity en datadiefstal staan in de top vijf van belangrijke bedrijfsrisico’s. De resultaten tonen aan dat organisaties zich bewust zijn van de risico’s van cyberbedreigingen. Enkel de kans op een ‘economische of financiële crisis’ baart organisaties meer zorgen dan het risico op ‘cyberaanvallen op de organisatie’.

Helpen

De meerderheid van de respondenten – 84 procent wereldwijd, en 77 procent in de Benelux – gelooft dat goede cybersecurity hun bedrijf zal helpen. Respectievelijk 88 en 80 procent is van mening dat cybersecurity een grote rol speelt in de samenleving.

Voor elke onderzochte organisatie analyseerde NTT Security de reacties op goede en slechte toepassingen in cybersecurity, waarbij goede toepassingen positieve scores opleverden en slechte negatieve scores. De resultaten tonen een zorgwekkend gebrek aan vooruitgang: in 2019 was de gemiddelde score – net als in 2018 – slechts +3, wat betekent dat er bijna evenveel slechte als goede toepassingen zijn. In de Benelux scoren België (+1) en Nederland (0) onder het wereldwijde gemiddelde.

Beste prestaties

Bedrijven in India, een nog niet eerder onderzocht land, presteren het best op het gebied van cybersecurity, zelfs beter dan de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk. De prestaties van organisaties in Frankrijk, Duitsland en Singapore verslechterden het afgelopen jaar, evenals de prestaties van bedrijven in de financiële dienstverlening, telecommunicatie, chemicaliën, farmaceutische producten, olie en gas en particuliere gezondheidszorgsectoren. Hierdoor ontstaat twijfel over de robuustheid van kritieke nationale infrastructuur.

Benelux

Als we kijken naar de Benelux dan valt op:

  • Minder dan de helft van de Benelux-respondenten beschouwt al zijn ‘kritieke data’ als ‘volledig veilig’ – 45 procent, exact hetzelfde percentage als in 2018.
  • Ruim een derde geeft aan liever losgeld te betalen aan een hacker, dan een boete te krijgen omdat ze niet voldoen aan de voorschriften voor dataprotectie. Hetzelfde deel betaalt liever een hacker dan te investeren in beveiliging. Dit zijn dezelfde resultaten als in 2018, wat het gebrek aan vooruitgang illustreert.
  • Hoewel 81 procent aangeeft het naleven van de regelgeving belangrijk te vinden, weet tien procent niet aan welke regels het bedrijf moet voldoen.
  • Slechts 24 procent denkt dat de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming) – een jaar na de uiterste nalevingsdatum – op hen van toepassing is. De AVG heeft echter betrekking op alle organisaties die werken met klanten in een lidstaat van de Europese Unie.
  • Beveiligingsbudgetten zijn niet toereikend voor de toenemende dreiging van cyberaanvallen. Er was slechts een kleine toename in het percentage van IT-budgetten gereserveerd voor beveiliging (14 procent). Het percentage van het operationele budget voor beveiliging daalde sinds 2018 naar 15 procent.
  • Benelux-organisaties slagen er niet in proactief op te treden als het gaat om interne beleidsvoering en processen. De helft (50 procent) heeft een formeel informatiebeveiligingsbeleid, slechts 43 procent heeft een plan voor incidentenrespons; een stijging van 1 procent ten opzichte van 2018.
  • 40 procent vindt cybersecurity een ‘probleem van de IT-afdeling, niet van de hele organisatie’.
  • Het percentage bedrijven dat nog steeds beschikt over te weinig vaardigheden/middelen neemt toe: 48 procent tegenover 44 procent in 2018. Dit toont aan dat Benelux-bedrijven meer hulp nodig hebben van externe beveiligingsbedrijven.

Kosten en tijd  

Uit het rapport 2019 Risk: Value blijkt ook dat Benelux-respondenten, in tegenstelling tot het wereldwijde gemiddelde, van mening zijn dat de tijd besteed aan het herstellen van een datalek afneemt ten opzichte van vorig jaar: 57 dagen (-6 dagen) voor de Benelux en 66 dagen (+9 dagen) wereldwijd. Het geschatte omzetverlies is echter gestegen: 12,7 procent in 2019, vergeleken met 10,3 procent in 2018 en 9,9 procent in 2017.

De kosten voor het herstellen van een datalek blijven hoog, met gemiddeld bijna 900.000 euro voor Benelux-bedrijven en een miljoen euro wereldwijd. Met name in de Scandinavische landen zijn de kosten naar verwachting veel hoger, met 1,6 miljoen euro voor Noorwegen en een eerste plaats voor Zweden met 2,7 miljoen euro – meer dan het dubbele van het wereldwijde gemiddelde. Olie en gas neemt de eerste plaats in de industriesector in met een verwachte 2 miljoen euro te besteden aan herstelwerkzaamheden. 

 

Robbert Hoeffnagel

Robbert Hoeffnagel

Editor @ Belgium Cloud

Pin It on Pinterest

Share This