False positive brandalarmen kunnen zeer nadelig zijn voor de beschikbaarheid en prestaties van datacenters en cloud services. De Task Force False Alarms van Euralarm heeft nu een tweede editie uitgebracht van de studie naar valse brandalarmen in Europa.
In deze nieuwe editie zijn de resultaten en bevindingen van de eerste editie uit 2018 aangevuld met de analyse van de situatie in Denemarken en is een aanbeveling gedaan voor de termen die worden gebruikt om met vals alarm verband houdende situaties te beschrijven. Ook de maatregelen om het aantal valse alarmen terug te dringen zijn geactualiseerd en er is nieuwe inhoud toegevoegd.
Achtergrond van automatische branddetectie
In de afgelopen zeventig jaar is het gebruik van automatische branddetectoren in alle soorten omgevingen jaar na jaar toegenomen. Door de toepassing van de automatische branddetectietechnologie is vroegtijdige detectie van brand de norm geworden, met name in commerciële en industriële gebouwen. De aanwezigen in het gebouw kunnen veilig evacueren en de interventieteams, zoals brandweerkorpsen winnen kostbare tijd om te voorkomen dat de brand zich uitbreidt. Zoals bij elk systeem voor vroegtijdige waarschuwing kunnen er echter momenten zijn waarop een alarm wordt geactiveerd terwijl er niets aan de hand is; een vals alarm (“false positive”). Het detecteren van verschijnselen zoals rook en hitte is voor de detectiesystemen vrij eenvoudig. De echte uitdaging voor elke ontwerper van branddetectie- en brandalarmsystemen is om het juiste evenwicht te vinden tussen detectie en alarmering “zo vroeg mogelijk” en “zo vroeg als nodig”.
Betrouwbaarheid van het alarm
Moderne detectoren zijn veel beter in het afstemmen op een echte gebeurtenis en het negeren van valse gebeurtenissen. In vergelijking met vroegere drempeldetectoren is het aantal valse (of ongewenste) alarmen hierdoor met minstens twee derde verminderd. Maar technologie alleen kan valse alarmen niet uitbannen. Om de algehele “alarmbetrouwbaarheid” van een branddetectie- en brandalarmsysteem te verhogen, moeten ook andere sleutelfactoren in aanmerking worden genomen. Deze factoren zijn het ontwerp, de inbedrijfstelling en het onderhoud. Als deze over het hoofd worden gezien, neemt de alarmbetrouwbaarheid af en zal het systeem niet voldoen aan het beoogde doel, namelijk het beschermen van levens en eigendommen.
Naarmate het gebruik van het gebouw wordt aangepast aan de behoeften van de gebruikers, moeten ook het ontwerp en het onderhoud dienovereenkomstig worden aangepast, om de alarmbetrouwbaarheid te waarborgen.
De brandweerdiensten leggen de informatie over de oorzaak en de locatie van brandalarmen vast tijdens hun interventie. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar of exploitant van het gebouw om valse activeringen te bespreken met de leverancier van het brandalarmsysteem en de dienstverlener. Op die manier kunnen aanbevelingen worden gedaan die de kwaliteit van het systeem niet alleen waarborgen maar zelfs verhogen. “Het ontstaan van valse alarmen begint meestal met een gebrek aan aandacht van het gebouwbeheer en strekt zich uit van de planning tot het onderhoud van branddetectie- en brandalarmsystemen. De daling van het aantal valse alarmen in de landen toont aan dat we op de goede weg zijn, maar dat dit precies is waar we moeten beginnen om het aantal valse alarmen verder terug te dringen”, aldus Sebastian Festag, hoofd van de studie.
Euralarm-onderzoek naar vals alarm
Het Euralarm-onderzoek is toegespitst op de statistische gegevens van brandalarmen, en meer specifiek op de methodologie bij het verzamelen en evalueren ervan. Wie de gegevens bestudeert van de verschillende landen die aan de studie deelnemen, komt tot dezelfde conclusie, namelijk dat er geen uniforme aanpak is. Dit vormt een grote belemmering voor vergelijkingen, die van onschatbare waarde zijn wanneer men de algemene situatie beter wil begrijpen en doeltreffende en eenvoudige tegenmaatregelen tegen valse brandalarmen wil ontwikkelen.
Deze herziene en uitgebreide publicatie van het onderzoek zal de basis vormen om de industrie en belanghebbenden te helpen een meer uniforme aanpak in heel Europa tot stand te brengen, door samen met het Europese normalisatie-technische comité 72 een gemeenschappelijke technische taal in te voeren. De studie bevat ook maatregelen ter vermindering van het aantal valse alarmen op het gebied van producten, planning, organisatie en onderhoud.