Resultaat boven ideologie: hoe landen grip krijgen op hun digitale toekomst

10 november 2025

Het huidige klimaat van geopolitieke onzekerheid en technologische concurrentie doet de discussie over digitale soevereiniteit hoog opwaaien. Landen willen duidelijk meer controle over hun digitale toekomst. Volgens Christian Klein, CEO van technologiebedrijf SAP, bereik je échte digitale soevereiniteit door in te zetten op strategische investeringen en pragmatische regelgeving.

In de veronderstelling dat het bezit van cloud-, data- en AI-infrastructuur onafhankelijkheid garandeert, investeren veel landen fors in datacenters. Maar door servers en processors gelijk te stellen aan digitale soevereiniteit wordt voorbijgegaan aan onderlinge technologische afhankelijkheid. Want de kerncomponenten van datacenters, zoals processors, netwerkapparatuur en de AI-modellen, worden bijna uitsluitend in het buitenland ontworpen of geproduceerd. Ook wanneer het beheer van de faciliteit in handen is van lokale providers op nationaal grondgebied.

En dat komt niet overeen met technologische zelfvoorziening. Daarbij wordt namelijk buitenlandse hard- en software volledig uitgesloten van het bedrijfsleven en openbaar bestuur. Een complete isolatie dus van innovatie uit andere delen van de wereld. Niet alleen praktisch, noch economisch haalbaar, maar ook een risico voor de eigen digitale troeven.

In plaats van zelfvoorziening tot een contraproductief maximum te drijven, moeten overheden voor échte digitale soevereiniteit strategisch investeren en pragmatische regelgeving invoeren. Geen theoretische idealen nastreven, maar resultaatgericht opereren. Controle bewaren over cruciale data en activa, maar ook gebruikmaken van de beste beschikbare technologieën, in overeenstemming met de nationale belangen.

Investeer en stem af

Pas je dit inzicht toe, duiken er een aantal prioriteiten op. Zo moeten overheden hun beperkte middelen investeren waar ze de grootste impact hebben. Niet servers, maar de ontwikkeling en het beheer van innovatieve software en AI-oplossingen leveren het grootste rendement op overheidsinvesteringen. Software- en AI-implementatie in de industrie en de publieke sector stimuleren namelijk ook de vraag naar datacenters en chips. 

Daarnaast vereisen niet alle gegevens hetzelfde niveau van digitale soevereiniteit. Hogere niveaus kosten meer, zowel in tijd als geld. Voor het beste resultaat moeten landen het beschermingsniveau afstemmen op het belang van de betreffende gegevens. Essentiële informatie op het gebied van nationale of openbare veiligheid vergt beheer onder nationale autoriteit binnen gereguleerde omgevingen, liefst door personeel met een veiligheidsmachtiging. Maar in sectoren zoals de gezondheidszorg, kan het lokaliseren van gegevens al volstaan. En minder gevoelige gegevens en bedrijfsapplicaties? Die kunnen veilig en kostenefficiënt worden beheerd in vertrouwde cloudomgevingen, mits ze voldoen aan erkende normen op het vlak van cybersecurity.

Ook moeten overheden internationale soevereiniteitsnormen invoeren, zoals ISO en IEC. In tegenstelling tot afzonderlijke regels, laten gedeelde normen toe dat meer aanbieders de markt betreden en schaalvoordelen afdwingen. Bovendien maken ze het gebruik van soevereine oplossingen uit buurlanden mogelijk, waardoor het aanbod verruimt en snellere implementatie plaatsvindt in zowel de publieke als de private sector.

Ten slotte doen landen er goed aan te investeren in onderwijs, opleiding en onderzoek naar cloud, data en toegepaste AI. Zo wordt de bevolking systematisch uitgerust met de nodige capaciteiten en expertise om de digitale toekomst in eigen handen te nemen. 

Want die wordt niet bepaald in serverruimtes. Bedrijven en openbare instellingen maken het verschil met slimme, pragmatische beslissingen omtrent hun digitale soevereiniteit en concurrentievermogen. Mijn devies voor langdurig succes? Focus op resultaten en pas de beste beschikbare technologieën toe.

Christian Klein

Christian Klein

Christian Klein is CEO van SAP SE

Pin It on Pinterest

Share This